‘Kleine stappen maken circulaire doelen haalbaar’

‘Kleine stappen maken circulaire doelen haalbaar’

De toekomstvisie van GP Groot

GP Groot is een organisatie die bestaat uit vier bedrijfsonderdelen die respectievelijk actief zijn op het gebied van inzameling, recycling, brandstof- en oliehandel en ten slotte infra en engineering. Gezamenlijk richten de organisaties zich op circulariteit en energietransitie, waarbij de meeste activiteiten plaatsvinden in Noordwest-Nederland. BIGnieuws sprak met senior projectleider Bert de Vilder van GP Groot circulair slopen (onderdeel van infra en engineering) over de activiteiten van het bedrijf op het gebied van circulariteit en de verwachtingen die GP Groot hiervan heeft voor de toekomst. 

Door Lambert-Jan Koops

Bert de Vilder, senior projectleider bij GP Groot, over de circulaire bouw: “Het belangrijkste is dat plannen met betrekking tot circulariteit goed uitvoerbaar zijn.“ © Erik Boschman Foto & Film

Het zijn interessante tijden voor GP Groot. Alle activiteiten van de vier bedrijven hebben immers direct te maken met de circulaire en klimaatgerelateerde doelen die de Nederlandse overheid zich gesteld heeft voor 2030 en 2050. Als leverancier van traditionele brandstoffen schakelt GP Groot brandstoffen en oliehandel steeds meer over op brandstoffen en energieoplossingen die tot betere milieuprestaties leiden, zoals biodiesel en LNG. Deze brandstoffen worden voor een maximaal effect ook gebruikt voor het eigen machinepark, zodat de CO2-uitstoot kan worden gereduceerd. De Vilder merkt op dat de activiteiten van de vier onderdelen ook op andere manieren elkaar beïnvloeden:

“Wanneer we betrokken zijn bij de sloop van panden, komt de opbrengst ervan via ons inzamelbedrijf terecht bij de recyclingorganisatie. Die laatste zorgt ervoor dat de materialen die direct te hergebruiken zijn weer beschikbaar worden gesteld, maar probeert daarnaast ook het zogenaamde upcycling uit te voeren, waarmee hoogwaardige grondstoffen worden verkregen voor nieuwe producten. Omdat het maken van producten niet onze corebusiness is, doen we dat vervolgens niet zelf, maar zoeken we daar per grondstof specifieke partners voor. Bij het voorafgaande traject proberen we echter wel duidelijk de activiteiten van de vier GP Groot-onderdelen goed op elkaar af te stemmen.”

Meer en meer circulair
De doelstelling van GP Groot is dat de onderdelen overschakelen naar een nieuwe bedrijfsmatige uitvoering, waarbij meer en meer circulair wordt gewerkt. Daarbij is een integrale aanpak en samenwerking met anderen van groot belang, merkt De Vilder op, ook op basis van de praktijkervaring die GP Groot heeft opgedaan, zie kader ‘Tachtig procent hergebruik’. “Het gaat er vooral om dat we methodieken hanteren waarbij we in samenwerking met de opdrachtgever, architect, bouwer en materialenproducent kijken wat er precies mogelijk is. Dat betekent dat we ons gezamenlijk buigen over de vraag hoe de vrijkomende materialen op een simpele, goedkope en betrouwbare manier zijn te hergebruiken. Het is daarbij erg belangrijk dat alle partijen hun input leveren, want een door één van de partijen aangedragen idee hoeft niet per se de beste oplossing te zijn. Door de ideeën over hergebruik te combineren is het mogelijk om tot een optimum te komen”, aldus De Vilder.

De grote stap die de bouw zou kunnen maken, zit volgens De Vilder in de acceptatie van hergebruikte materialen door professionals, zoals het functioneel hergebruik van wc-potten. © Erik Boschman Foto & Film

Certificeren en beoordelen
Een van de praktische problemen waar De Vilder tegenaan loopt is dat in de hedendaagse bouw alle gebruikte producten gecertificeerd dienen te zijn. Alleen dan voldoet het eindresultaat aan alle normen. “Dat is lastig in het geval van functioneel hergebruik, want als een houten balk vijftig jaar in een gebouw heeft gezeten, is er niets over bekend en kost het nogal wat tijd en moeite om deze volgens de moderne standaarden te certificeren. Daarom werken we momenteel ook aan een methode om hergebruik snel en effectief mogelijk te maken. Hierbij keurt een deskundige een onderdeel in zijn geheel en geeft hij een verklaring af voor de toepassing ervan.”
Een andere manier om snel onderdelen te kunnen hergebruiken, is om ze te bewerken en in deze gewijzigde vorm in te zetten. De Vilder merkt daarbij wel nadrukkelijk op dat dit wat hem betreft alleen acceptabel is als het wordt gedaan om de extra bureaucratie te vermijden. “De eisen voor bewerkte materialen zitten anders in elkaar, zodat daar relatief makkelijk aan te voldoen is, maar dat mag natuurlijk nooit het omzeilen van kwalitatieve eisen tot gevolg hebben. We maken dus wel gebruik van die methode, maar staan voor de volle honderd procent achter de hergebruikte producten en materialen die we leveren.”

Overleg met het oogstteam van GP Groot over de te volgen werkwijze. 
© Erik Boschman Foto & Film

Kleine stappen
Met de aandacht voor circulariteit die er tegenwoordig is, is het aantrekkelijk om groot te denken en snel over te willen stappen naar een compleet nieuwe manier van denken en werken in de bouw. Maar alhoewel De Vilder de noodzaak van circulariteit in de bouw onderschrijft, pleit hij toch voor kleine en haalbare stappen. “Het belangrijkste is volgens mij dat de plannen met betrekking tot circulariteit goed uitvoerbaar zijn. Dat betekent binnen een project bijvoorbeeld dat we eerst kijken naar de meest kansrijke onderdelen en materialen, daar een toekomst voor vinden en ons niet meteen druk maken of wel alle materialen uit een gebouw herbruikbaar zijn. Dat kán natuurlijk wel, maar dat houdt in dat er heel veel geld wordt uitgeven aan de inventarisatie en vervolgens alsnog misschien een marginale circulariteitswinst wordt geboekt omdat het grootste deel van de materialen niet direct bruikbaar is. Laten we vooral niet vergeten dat misschien wel tachtig procent van de huidige sloopvoorraad bestaat uit oude gebouwen die allemaal niet uit weelde moeten worden gesloopt. Bovendien zijn ze ook niet bepaald gebouwd met een circulaire gedachte, zodat het hergebruik van alle ingrediënten een tijdrovende en arbeidsintensieve klus is. Ik denk dat we in de praktijk dan ook het beste kunnen focussen op de kwalitatief goede onderdelen, zoals hout. Tegelijkertijd beseffen dat we daar alleen delen van kunnen gebruiken, omdat het functionele hergebruik van onderdelen lastig is als het gebruikt is met de gedachte dat het nooit meer uit elkaar zou moeten. Functioneel hergebruik is heus wel mogelijk, bijvoorbeeld door een gevelmuur eruit te snijden en die gebruiken als een tuinmuur, maar de opties zijn nu eenmaal beperkt.”

Glas is altijd te hergebruiken, maar functioneel hergebruik is natuurlijk nuttiger dan simpelweg verzamelen en smelten. © Erik Boschman Foto & Film

Professioneel hergebruik
De grote stap die de bouw zou kunnen maken, zit volgens De Vilder in de acceptatie van hergebruikte materialen door professionals. “Momenteel zien we nog veel materiaal en onderdelen verdwijnen naar de particuliere markt. Dat is op zich prima, maar als professionals ook standaard hergebruikte materialen en onderdelen gaan inzetten, gaat het natuurlijk een stuk sneller. Het is alleen een kwestie van met andere, meer circulaire ogen te kijken naar projecten. Wie dat doet, ziet bij zowel bouw als bij sloopprojecten heus wel waar de winst te behalen is, of dat nu het functioneel hergebruik van wc-potten betreft of het opzetten van monostromen voor het maken van grondstoffen.”
Er is dus een verandering nodig in de mindset van de hedendaagse slopers en bouwers. Deze verandering zou echter wel eens versneld kunnen plaatsvinden als de wet- en regelgeving op de juiste manier wordt aangepast.

De Vilder is met name enthousiast over het effect dat een update van de rekenregels voor de MPG zou kunnen hebben, zie kader ‘MPG’. “De hoogte van de MPG is zeer sterk afhankelijk van de gebruikte materialen in een gebouw, waarbij beton bijvoorbeeld slecht scoort en hout juist goed. Op zich is dat wel logisch, al wordt daarbij nog geen rekening gehouden met de milieuwinst die het hergebruik van materialen oplevert. Wanneer dat wel het geval is, zal het veel makkelijker worden om met circulaire onderdelen een lage MPG te scoren en is er dus ook een duidelijk belang voor de ontwerpers en bouwers als ze kiezen voor hergebruikte materialen. Ik verwacht dan ook dat die aanpassing flink zal helpen. En als dan bijvoorbeeld ook nog de belasting op zogenaamde first-use-materialen omhoog gaat, zal het nog sneller gaan. Wat dat betreft denk ik dan ook dat we met enig beleid en de juiste instelling de circulaire ambities voor 2030 zeker kunnen halen.”

Website GP Groot

Delen op facebook
Facebook
Delen op linkedin
LinkedIn
Delen op twitter
Twitter
Scroll naar top