Jan van der Doelen pleit voor intensieve samenwerking

Jan van der Doelen pleit voor intensieve samenwerking

Wkb? Niet aarzelen, nu beginnen!


Invoering van de Wet kwaliteitsborging (Wkb) is uitgesteld tot 1 januari 2022. Dat betekent wat meer lucht. Voor aannemers en toeleveranciers in de bouw en voor het opleiden van zo’n zeshonderd onafhankelijke kwaliteitsborgers die de bouwprocessen moeten gaan begeleiden. “Meer tijd ja, maar geen reden om achterover te leunen”, meent Jan van der Doelen, sector banker building & construction bij ING Nederland. “De Wkb kan de hele bouwsector een zetje in de rug geven, de kwaliteit opschroeven. Als alle partijen tenminste bereid zijn om samen te werken en een goed doortimmerd procesplan te maken. Beginnen zou ik zeggen, anderhalf jaar is kort.”

Door Jos Cortenraad

Jan van der Doelen, sector banker building & construction bij ING Nederland: “Als alle partijen zich committeren aan een goed systeem van kwaliteitscontrole en -borging vanaf het eerste ontwerp tot en met de oplevering dan is er heel veel winst te behalen.”

De nieuwe Wet kwaliteitsborging (Wkb) betekent een grote verandering voor de Nederlandse bouwsector. In een vorig nummer van BIGnieuws gaf Maxime Verhagen van Bouwend Nederland zijn visie, nu is het de beurt aan Van der Doelen.
Of de Wet kwaliteitsborging daadwerkelijk van kracht wordt in 2022 is nog niet helemaal zeker, houdt de ING-bankier en sectorspecialist bouw een slag om de arm. “De Eerste Kamer wil nog een aantal vragen beantwoord zien en we hebben natuurlijk te maken met de coronacrisis. Je zou kunnen zeggen dat de bouwsector andere zaken aan het hoofd heeft. Dat mag kloppen, maar vroeger of later gaat de Wkb in. Het beste is dan als er genoeg proefpilots gedraaid zijn en alle partijen klaar zijn om ermee te werken. Opdrachtgevers, aannemers, toeleveranciers en borgers. Het is een grote verandering, laat dat duidelijk zijn. Die vergt tijd.”

Vertragingen
We spreken Jan van der Doelen in de vestiging van Cadac in Vianen, samen met senior accountmanager en Wkb-specialist Jeroen Leeuw van het bedrijf dat zich onder meer toelegt op automatiseringssoftware voor de bouw. Hoewel het coronavirus zich koest houdt, respecteren de heren de afstand van anderhalve meter. Jurist en bedrijfseconoom Van der Doelen, ruim 35 jaar in dienst van ING, glimlacht. “Wij kunnen dat als kantoormensen. Op de bouwplaats zelf is dat natuurlijk lastiger. In de eerste weken na de lock-down was het zoeken naar de juiste omgangsvormen. Dat heeft zeker vertragingen opgeleverd, maar ik ben toch erg blij dat we in Nederland de bouwplaatsen niet gesloten hebben zoals in sommige andere landen wel gebeurd is. Dat zou echt rampzalig zijn geweest. We liggen al zo ver achter op schema met de bouw van woningen. Ik denk dat een totale lock-down veel bedrijven de kop zou hebben gekost, ondanks de steunmaatregelen van de overheid. Let wel, er wordt pijn geleden en niet elke onderneming overleeft helaas. Maar ik zie toch veerkracht en sneller herstel. Ik heb goede hoop dat het meevalt al zijn de corana-effecten op langere termijn nu nog ongewis. Denk aan de investeringsbereidheid van bedrijven en aankoopbereidheid van woningzoekers.”

Cruciaal
Van der Doelen is bankier, maar lijkt meer begaan met de ondernemers dan met financieringen. “Nou, mijn rol is het om trends en ontwikkelingen in de bouwsector te traceren en te analyseren. Mijn collega’s kijken naar businesscases, balansen en alle andere financiële aspecten. Onder de streep is het ons gezamenlijk belang om ondernemers te ondersteunen, uiteraard als het verantwoord is. De bouw is cruciaal voor een economie, ook de Nederlandse. Op dit moment hebben we een tekort van 330 duizend woningen. Dat aantal loopt elke dag op met het huidige bouwtempo. We leveren te weinig woningen op. Laat ons vooral zorgen dat deze crisis niet hetzelfde effect heeft als de vorige: ernstige vertraging en een verdere leegloop van vakmensen.”

Innovaties
De geboren Brabander doelt op de crisisjaren 2008-2013 toen de bouwproductie instortte en ongeveer 75 duizend vakmensen overstapten naar andere sectoren. “Rampzalig”, weet ook Leeuw. “Die mensen komen niet meer terug. Maar de crisis heeft ook innovaties aangejaagd. Het BIMmen heeft een boost gekregen, veel bedrijven hebben geautomatiseerd en geïnvesteerd in ontwerpsoftware. De bouw heeft zich knap hersteld en zeven jaar op rij mooie groeicijfers neergezet. Met minder mensen zijn méér woningen gebouwd dan voor de financiële crisis.”
Van der Doelen knikt. “Klopt helemaal. Het wordt echter tijd voor de volgende stap, willen we de achterstanden kunnen inlopen en minstens 75 duizend woningen per jaar opleveren, de doelstelling van het huidige kabinet. Hoe? Door industrialisatie. Nieuwe woningen zullen in de toekomst uit de fabriek komen, uiteraard modulair net als de grote gebouwen. We zien nu al de koplopers die fabrieken neerzetten waar gevels en andere onderdelen geprefabriceerd worden om vervolgens op de bouwplaats te worden gemonteerd. Uiteraard op basis van een honderd procent digitaal ontwerp waardoor de faalkosten worden geminimaliseerd, er minder vakmensen nodig zijn en de tijdwinst enorm is. Een huis bouwen in drie dagen, natuurlijk zonder de voorbereidingstijd, is nu al goed mogelijk. Het ter plekke printen van huizen is ook een veelbelovende ontwikkeling, maar ik zie daar toch meer haken en ogen. Nog terzijde: industrieel bouwen is duurzaam. In een fabriek wordt CO2 en andere stoffen afgevangen, er is minder bouwverkeer naar en rond de bouwplaats. Werknemers hebben geen last van koude, warmte of regen. Processen zijn goed te sturen. Allemaal voordelen.”

Jeroen Leeuw, senior accountmanager en Wkb-specialist bij Cadac Group: “De financiële crisis heeft óók innovaties aangejaagd: het BIMmen heeft een boost gekregen en veel bedrijven hebben geautomatiseerd en geïnvesteerd in ontwerpsoftware.”

Koplopers
Het klinkt mooi, haakt Leeuw in. “Echter, de bouwsector is conservatief en terughoudend met investeringen. Het zijn voorlopig enkel de zogenoemde koplopers die inzetten op prefab en robotisering.” De ING-bankier knikt andermaal. “De bouwwereld is heel volatiel. Er zijn veel onzekerheden, de conjunctuur is van grote invloed. Voor bankiers is financiering daarom niet altijd eenvoudig. We kijken naar kansrijke en consistente businessmodellen op de langere termijn. Dat verhoudt zich lastig met volatiliteit. Industrialisatie en automatisering drukken de stichtingskosten maar vereisen wel grote investeringen en dus hogere vaste lasten. Prima voor de betaalbaarheid, maar soms ingewikkeld in evenwicht te brengen met de voor bouwers noodzakelijke flexibiliteit. Toch is dit nog niet voldoende om de betaalbaarheid te beheersen. Ik vind dat hier de overheid ook stappen moet maken. Het zou kunnen helpen als bijvoorbeeld de bouwgrond buiten de transacties blijft. Grond is schaars en duur, zeker in de steden, en jaagt de kosten omhoog. Zo omhoog dat een koophuis onbetaalbaar is. Als de overheid eigenaar van de grond blijft, bijvoorbeeld in een erfpachtconstructie, dan is er meer mogelijk. En wordt ook financiering mogelijk beter haalbaar. In de vorige crisis heeft de overheid aan knoppen gedraaid zoals de btw-tarieven, hypotheekrenteaftrek en verhuurdersheffing. Dit werkte averechts voor de bouwsector. In het dal van deze crisis kromp de productie met ruim twintig procent.”

Industrie
De cijfers spreken boekdelen. Volgens cijfers van ING beschikt een werknemer in de bouw over ongeveer 11 duizend euro aan waarde over machines en installaties. In de industrie is dat ruim tien keer zoveel. En juist de industrie is het voorbeeld voor de bouw, zeggen Leeuw en Van der Doelen in koor. “We hebben dus nog een lange weg te gaan, maar industrialisering in de bouw is heel goed mogelijk. De digitale ontwerpprocessen zijn in hoog tempo ontwikkeld, nu de volgende stap: industrialisering met behulp van robots. Waarbij standaardisering absoluut noodzakelijk is, net als in de industrie. Neem de auto als ijkpunt. Tientallen modellen worden gebouwd op één bodemplaat. Er is nog voldoende te kiezen in de einduitvoering. Zo kan het met huizen ook. De gevel mag standaard zijn, in kleur, ramen, materiaal en dak kan eindeloos gevarieerd worden.”

Kwaliteit
Over onzekerheden gesproken? Maakt zo’n Wkb het allemaal niet erger? Van der Doelen: “De aannemer cq. bouwer wordt verantwoordelijk voor de kwaliteit van een woning, het toezicht verschuift van de gemeente naar de onafhankelijke kwaliteitsborger. Natuurlijk betekent dat meer druk voor de aannemer, maar is dat verkeerd? Ik vind van niet. Eigenlijk is het heel logisch dat de aannemer een perfect product oplevert. Dat verwachten we toch ook van een autofabrikant of een producent van koffiemachines. Het zal hem motiveren om te innoveren, efficiënter te werken en de faalkosten te beperken. Nu variëren de faalkosten naar schatting tussen de 10 en 20 procent van de omzet; dat is toch dramatisch. Als alle partijen zich committeren aan een goed systeem van kwaliteitscontrole en -borging vanaf het eerste ontwerp tot en met de oplevering dan is er heel veel winst te behalen. Uiteraard is dat niet gemakkelijk en gaat dat niet zonder discussies, maar het kan wel. Het is een mindset: dóen, zorgen dat we efficiënter en beter bouwen. Duurzamer ook. Wkb is een instrument dat kan helpen. Ook uit bankiersoogpunt. De businesscases worden sterker, er is minder kans op fouten en faalkosten. En we zien meer constructies waarbij de aannemer en toeleveranciers verantwoordelijk blijven voor onderhoud van het gebouw en service, op basis van een langdurig contract. Product as a Service. Een bankier ziet voordelen in dergelijke constructies, omdat ze meer op de lange termijn gericht zijn. Dat maakt financieren makkelijker. Maar eerlijk is eerlijk, hiermee moeten wij ook nog de nodige ervaring opdoen.”

Aansporing
ING Nederland heeft geen concrete rol bij de invoering van de Wkb. Toch pleit Van der Doelen voor snelle actie. “In goede verstandhouding. Wkb is geen bedreiging, maar een aansporing om het beter te doen, om de Nederlandse bouw een duwtje in de rug te geven. Definieer het proces, maak een digital twin en ga aan de slag. Geef de kwaliteitsborger zijn of haar rol. Wkb kan dé voedingsbodem zijn voor innovatie en industrialisatie.” Het is Leeuw uit het hart gegrepen. “Bij digitaal ontwerpen daalt de kans op fouten en dus ook de faalkosten. De processen zijn honderd procent traceerbaar. In de prefab-fabrieken, bij de installateurs en toeleveranciers is exact duidelijk wat er gemaakt moet worden en hoe. Digitale controle is dan logisch. We hebben inmiddels uitstekende BIM-software waar grote bedrijven als BAM, Volker Wessels en Dura mee werken. Ook geschikt voor het Wkb-proces. De door ons ontwikkelde software bieden we aan ‘as a service’. Zo zijn de initiële kosten beperkt en de gebruikskosten beheersbaar.”

Beginnen
Van der Doelen heeft het slotwoord. “De digitale basis ligt er. Het is nu zaak om door te pakken met proeftrajecten om de kwaliteitsborging in de nieuwe wet handen en voeten te geven. Ook hier zien we de ‘koplopers’ hun verantwoordelijkheid nemen. Kleinere bedrijven en toeleveranciers haken daarna vanzelf aan. Cadac haakt hierop in door services aan te bieden waarmee een bouwbedrijf of toeleverancier zo goed mogelijk op de Wkb kan aansluiten zonder al te veel aanpassingen te hoeven doen aan de dagelijkse processen. Zo kan met een betrekkelijk kleine inspanning en investering aangesloten worden op het borgingsproces en input worden gegeven aan het consumentendossier. Als we nu beginnen, is de sector er in 2022 klaar voor.”

Website Cadac Group

Facebook
LinkedIn
Twitter