Voorbeeldproject gebruik PDOK-data
Vooruitlopend op een artikel waarin we aan ‘open’ GIS-oplossingen en databases aandacht zullen besteden, wordt in onderstaand artikel een voorbeeld van een typisch gebruiksscenario geschetst; om een werk in de bestaande omgeving in te passen is het nodig een kaart van die omgeving in het CAD-systeem beschikbaar te maken. In dit voorbeeld biedt QGIS een gratis oplossing voor de (in dit geval) volkomen GIS-leek.
Door Rob Sman
Betreffende de indeling van ons land is bijzonder veel informatie publiekelijk (en gratis) te verkrijgen. De doorsnee-consument kijkt er allang niet meer van op dat hij middels één of andere ‘kaart-app’ ieder steegje in ieder dorp kan vinden, en ook nog eens kan kiezen voor een weergave van lucht- of satellietfoto’s. Voor meer ‘serieuze’ toepassingen is ook gedetailleerde informatie verkrijgbaar van bijvoorbeeld het Kadaster en vele andere informatiebronnen. De beschikbare informatie van uiteenlopende overheden wordt samengebracht in PDOK. De daar beschikbare datasets zijn direct te bekijken in de PDOK-viewer, waardoor van een locatie bijvoorbeeld ook direct de hoogte en de grondsoort zichtbaar is te maken. Belangrijker is echter dat de datasets ook als download beschikbaar zijn. Het gemeenschappelijk karakter van deze datasets is dat het formaat openbaar is; deze ‘open data’ kunnen dus in allerlei applicaties worden gebruikt. Het is uiteraard geen wonder dat verscheidene GIS-applicaties (maar bijvoorbeeld ook routeplanners!) dankbaar gebruikmaken van deze mogelijkheid. In de GIS-applicatie kan een gebruiker dan natuurlijk nog eigen datasets toevoegen, analyses uitvoeren en data op specifieke wijze visualiseren.
Uiteenlopende meningen
Het is van groot belang dat die open data er zijn: ze bieden een betrouwbare, gemeenschappelijke bron van informatie, die toepassingen als GIS in ons gemeenschappelijk belang mogelijk maken. Het woordje ‘open’ in de voorgaande zin mag in de context van dit artikel ook gelezen worden als ‘gratis’, of op zijn minst ‘goedkoop’. De meeste (GIS-)applicaties die een gebruiker iets nuttigs met die data kunnen laten doen, zijn echter niet gratis, noch goedkoop.
De meningen over het gebruik van open software lopen uiteen. Aan de ene kant zijn er de gebruikers (bedrijven) die al gewend zijn voor alles te betalen; het operating system, de office-toepassingen, het netwerk, CAD en GIS. Zij zijn zich vaak niet eens bewust van het bestaan van open alternatieven, of vinden het gebruik daarvan te onzeker; angst voor gebrek aan ondersteuning en twijfel aan voortbestaan. Aan de andere kant zijn er gebruikers die, meestal uit een bepaalde ideologie, overtuigd gebruikers zijn van open oplossingen: zij werken doorgaans op Linux, met de vele gratis programma’s die op dat platform beschikbaar zijn. De meest ‘overtuigde’ gebruikers van open oplossingen zijn dikwijls ook actief, bijvoorbeeld als ontwikkelaar, in de ‘communities’ rond de programma’s die ze gebruiken.
Tussen deze twee uitersten zijn nog andere mogelijkheden: ook voor Windows zijn vele open toepassingen beschikbaar, en de keuze daarvoor kan worden ingegeven door criteria als ‘ik heb die functionaliteit niet zo vaak nodig’, ‘ik heb geen budget’ of ‘wat leuk dat wat ik wil ook gratis kan’. Een voorbeeld van dat laatste wordt hieronder gegeven. Het naspelen van dit voorbeeld zal aantonen hoe eenvoudig het is zonder uitgebreide kennis van GIS een tekening in (Auto)CAD aan te maken.
Plug-ins
QGIS is een ‘open-source’-programma. Dit betekent dat het niet alleen gratis is, maar dat bovendien de zogeheten broncode openbaar is. Dit stelt een ontwikkelaar in staat QGIS aan te passen. Het programma is een gezamenlijk product van een aantal vrijwilligers. Naast doorontwikkeling van de applicatie zelf, wordt door veel vrijwilligers een bijdrage geleverd in de vorm van zogeheten plug-ins; hulpprogramma’s voor specifieke taken. Twee belangrijke kenmerken van QGIS zijn het gebruiksgemak en de veelzijdigheid in de ondersteuning van bestandsformaten, waaronder uiteraard ook de open formaten die door PDOK ter beschikking worden gesteld. Het is beschikbaar op vrijwel ieder platform, in dit voorbeeld wordt de Windows-versie gebruikt en de kaart die wordt aangemaakt, wordt in AutoCAD ingelezen. Dat zal in de praktijk een van de meest voorkomende situaties zijn.
Er zijn twee belangrijke bronnen die we hier willen gebruiken, de BGT en KLIC. De BGT (Basisregistratie Grootschalige Topografie) is een kaart van Nederland met alle fysieke objecten zoals wegen en gebouwen. KLIC biedt een overzicht van alle ondergrondse objecten als kabels en leidingen; onmisbaar als er graafwerkzaamheden moeten plaatsvinden. De benodigde data zijn uiteraard direct van PDOK te downloaden en daarna in QGIS in te lezen, maar een paar plug-ins maken het mogelijk alles binnen QGIS uit te voeren.
Na het installeren en opstarten van QGIS worden ‘PDOK services plugin’, ‘BGT Import’ en ‘KLIC Viewer’ aan QGIS toegevoegd via ‘Plug-ins beheren en installeren’. De eerste van deze drie wordt in dit voorbeeld gebruikt om ter oriëntatie een luchtfoto in QGIS te laden. De volgende stap bestaat uit het starten van een nieuw project en het instellen van het juiste coördinaten referentiesysteem (CRS). In het vlakje uiterst rechtsonder staat standaard EPSG:4326 ingesteld, maar voor dit voorbeeld wordt (uiteraard) het Rijks Driehoekstelsel gebruikt; kies voor EPSG:28992 (dit gaat het makkelijkst door in het dialoogvenster bij ‘Filter’ 992 in te toetsen). Het inladen van de luchtfoto is optioneel, maar wel een makkelijke werkwijze.
BGT-Data toevoegen
In de PDOK Services plug-in wordt de actuele luchtfoto (nr 1) gekozen. Nu kan worden ingezoomd op het gebied waarin moet worden gewerkt. In het layervenster linksonder kan in het contextmenu van de laag waarop de foto staat desgewenst de transparantie worden ingesteld, zodat objecten ook zichtbaar zijn als ze onder de foto terechtkomen. Nu is het tijd de BGT-data toe te voegen, waarbij het duidelijk zal zijn dat de volledige dataset (van heel Nederland dus) een flinke hoeveelheid gegevens bevat. Nu zijn er diverse opties om benodigde data te selecteren, maar in dit geval maken we gebruik van de optie om alleen datgene te importeren wat in de huidige view zichtbaar is (‘Download BGTdata binnen kaartuitsnede’), vandaar het eerdere inzoomen. Vergeet daarbij niet een bestandsnaam en locatie op te geven (‘Sla op als’) voor het resulterende gpkg-bestand. Deze werkwijze filtert dus de gevraagde data uit de ‘volledige’ BGT-data en importeert het resultaat direct in het project.
Alle objecten worden op hun eigen laag geplaatst, wat handig is voor het manipuleren van de eigenschappen, maar ook selectiemogelijkheden biedt voor de export naar DXF. Aangezien het doel is een tekening in AutoCAD te verkrijgen, is het niet nodig hier in te gaan op de soorten bestanden die worden gebruikt. Ook de mogelijkheden om de weergave van de objecten in QGIS aan te passen is niet interessant; dat kan immers prima in de DWG.
Het moge duidelijk zijn dat het importeren van KLIC-data op soortgelijke wijze plaatsvindt. Of dat in hetzelfde project wordt uitgevoerd of niet hangt af van de werkwijze van de gebruiker.
Het exporteren naar DXF ten slotte (via Project>Importeren/Exporteren) biedt de nodige keuzemogelijkheden, hetgeen wellicht enig uitproberen vergt, maar uiteindelijk kunnen ook in de CAD-tekening nog layereigenschappen aangepast worden.
Het idee voor dit artikel is aangedragen door lezer Hans Lammerts. Hans is werkzaam als engineer bij het technisch bedrijfsbureau van Heijmans Infra. Daarnaast is hij gespecialiseerd in GIS- en DWG-toepassingen en werkt hij als zelfstandig consultant, zie de volgende websites