Steeds minder mensen gaan in de geografie aan de slag. Zonde, vindt het werkveld. Tijdens de GeoWeek maken kinderen kennis met een ‘machtig mooi vak’.
Ze dragen feloranje hesjes die een paar maten te groot zijn en turen ingespannen naar de grond. Groep 8 van obs De Hasselbraam uit Leek zit vandaag niet in de klas, maar is op expeditie. Ze speuren een strook weiland af met een metaaldetector en roepen opgewonden als het ding begint te piepen. Goud, misschien?
De kinderen van de Hasselbraam horen bij de circa vierduizend deelnemers aan de GeoWeek, een initiatief van het Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig Genootschap (KNAG). In heel Nederland bieden bedrijven en organisaties uit de grond-, water- en geosector expedities en gastlessen aan aan schoolklassen. Zo zien de leerlingen dat aardrijkskunde niet alleen een schoolvak is, maar dat je er ook dingen mee kunt dóén, buiten, met je kop in de wind.
Bij ingenieursbureau MUG in Leek bijvoorbeeld, dat donderdag De Hasselbraam ontving. „We kunnen in deze expeditie alles laten zien wat we doen: archeologie, grondonderzoek, geo-ICT”, zegt woordvoerder Nienke de Jong, die toeziet op het zoeken met de metaaldetector. Ilse (12) vindt het best leuk. „Misschien wil ik later wel archeoloog worden. Maar ik weet het nog niet zeker.”
Behoefte aan meer instroom
De aardrijkskundebranche heeft behoefte aan meer instroom, vertelt Hans Hainje, hoofd van de afdeling geo-ICT en geo-info bij MUG. „Er is maar heel weinig nieuwe aanwas. Daar hebben wel meer technische beroepen last van.” Hoe dat komt? „Onbekendheid, denk ik. Jongeren weten niet goed wat het inhoudt.”
Daar hebben de kinderen van de Hasselbraam na donderdag in elk geval geen last meer van. Ze leren landmeten, grondboren, maken een 360-graden-foto en vinden verborgen schatten met de metaaldetector. Geen goud, helaas, maar een blikje leverpastei. Maar zelfs dat is spannend als je het zelf opgraaft.
Foto: Groep 8 van obs De Hasselbraam uit Leek maakt kennis met bodemonderzoek. Foto Peter Wassing
