Door maatregelen van de afgelopen jaren is een duidelijk ecologisch herstel van rijkswateren te zien, maar er moet ook nog het nodige gebeuren. Dat blijkt uit de KRW-Jaarrapportage 2016 van Rijkswaterstaat.
In deze publicatie gaat Rijkswaterstaat in op de uitvoering van het programma om de doelen van de Kaderrichtlijn Water (KRW) in 2027 te halen. Dit programma KRW is in 2010 van start gegaan. Door een flink pakket aan maatregelen zijn vooral de biologische kwaliteitselementen en de fysisch-chemische parameters de afgelopen jaren verbeterd. Verder is de concentratie van een aantal chemische stoffen in rijkswateren verminderd, zoals tributyltin.
Samenwerking
Een succesfactor die wordt genoemd, is de samenwerking met andere waterbeheerders en andere programma’s binnen Rijkswaterstaat. Samen met vrijwel alle waterschappen legt Rijkswaterstaat beekmondingen aan. Ook worden vispassages tussen rijks- en regionale wateren gerealiseerd. Andere grote programma’s van Rijkswaterstaat voeren KRW-maatregelen uit, zoals de aanleg van natuurvriendelijke oevers. In de jaarrapportage worden acht praktijkvoorbeelden belicht.
Nieuw maatregelenpakket
Op basis van de ontwikkelingen concludeert Rijkswaterstaat dat Nederland er redelijk voorstaat op het gebied van ecologische waterkwaliteit, maar er nog niet is. In 2016 is begonnen met de uitvoering van een nieuw maatregelenpakket dat tot en met 2021 loopt. Deze KRW-maatregelen zijn te vergelijken met de eerdere maatregelen. Er worden ook studies uitgevoerd naar de morfologische ontwikkeling van natuurvriendelijke oevers, vismigratie stroomafwaarts en mogelijkheden voor aanpassingen in het peilbeheer. Daarmee wordt de kennis van de effecten van deze maatregelen vergroot.